Poliklinisch

Poliklinisch beval je in het ziekenhuis met je eigen verloskundige. Het is dan je eigen keuze om in het ziekenhuis te bevallen, zonder dat er een medische reden is. De gynaecoloog is niet bij de bevalling aanwezig. Een kraamverzorgende of verpleegkundige assisteert je verloskundige bij de bevalling.

Kenmerken poliklinisch bevallen

• Je weet van tevoren dat je naar het ziekenhuis gaat zodat je je hierop kan voorbereiden.
• Als je poliklinisch bevalt, is medische pijnstilling meestal snel geregeld. Bij medische pijnstilling kan je eigen verloskundige de bevalling niet meer begeleiden.
• Als je poliklinisch bevalt en er ontstaan toch complicaties dan hoef je niet meer te reizen naar het ziekenhuis. Soms moet je nog wel verplaatsen naar een andere kamer.
• Na de bevalling ga je meestal snel naar huis. Daar word je verder begeleid door de kraamverzorgende en de verloskundige. Als dit 's avonds of 's nachts is, krijg je mogelijk meteen kraamzorg. Informeer hierover bij je verloskundige.

• Je hebt meer kans op medische ingrepen dan bij een thuisbevalling.
• De sfeer in het ziekenhuis is meestal niet huiselijk.
• Er zitten kosten aan die niet door alle zorgverzekeraars worden vergoed. Vraag dit even na bij je verzekeraar.
• In de meeste ziekenhuizen kan je eigen verloskundige de bevalling niet begeleiden indien je medische pijnbestrijding wenst. De verloskundige of een arts uit het ziekenhuis, begeleidt je dan verder. Vraag bij je eigen verloskundige na hoe de begeleiding verloopt als je medische pijnstilling wilt.
• Je gaat in de meeste gevallen vrij snel weer naar huis. Als dit ’s avonds of 's nachts is, krijg je de volgende dag kraamzorg.