De meeste zwangeren zijn misselijk aan het begin van hun zwangerschap. Sommigen geven ook over. Er zijn ook mensen die niet misselijk zijn of alleen last hebben van speekselvorming. De klachten beginnen meestal tussen de 4e en de 7e zwangerschapsweek. Dit kan het eerste signaal zijn dat je zwanger bent. Je kunt de hele dag misselijk zijn of alleen in de ochtend, middag of avond. De klachten nemen vaak vanzelf weer af.
Hormonen
Misselijkheid ontstaat door hormonen, zoals het zwangerschapshormoon Bèta-HCG, schildklierhormoon, progesteron en oestrogenen. Ben je zwanger van een meerling, dan maak je meer zwangerschapshormoon aan en zijn er vaak meer klachten.
Aanleg
Had je in een eerdere zwangerschap veel last van misselijkheid of braken, dan is de kans groter om het weer te krijgen.
Erfelijkheid
Je kunt meer last hebben van misselijkheid en braken als je oma, moeder of zus deze klachten hadden tijdens hun zwangerschap.
Meestal kan overgeven geen kwaad voor jou of de baby. Je krijgt voldoende voedingsstoffen binnen als je niet elke keer braakt nadat je iets eet of drinkt. Braak je na 20 weken zwangerschap nog steeds, dan kan het zijn dat de baby minder goed groeit. De verloskundige of gynaecoloog houdt dit in de gaten.
Meestal is zwangerschapsmisselijkheid ‘normaal’, maar soms zijn de klachten extreem. Het verschil hiertussen is soms moeilijk te bepalen. Extreme zwangerschapsmisselijkheid wordt ook wel ‘hyperemesis gravidarum (HG)’ genoemd. Bij HG zijn de klachten zo erg dat je niet voldoende voeding en vocht binnenhoudt. Je krijgt dan niet genoeg voedingsstoffen binnen. Ook wordt het dagelijkse ritme sterk beïnvloed door het braken. HG kan naast lichamelijke ook psychische klachten geven.
Neem contact op met je verloskundige, huisarts of gynaecoloog als je:
Ben je zwanger of heb je een kinderwens?
Neem dan contact op met een verloskundige.
Deze site is een initiatief van de KNOV, de beroepsorganisatie van verloskundigen.
Naar knov.nl Naar knov.nl