Tijdens de zwangerschap bereiden je lichaam en je baby zich al voor op de borstvoeding. Je baby oefent door te zuigen op de duim en door vruchtwater door te slikken. En in jouw borsten groeien veel melkkliertjes en melkkanalen, om je baby na de geboorte precies de juiste melk te geven. In dit artikel vind je handige en leuke informatie over het geven van borstvoeding.
Borstvoeding geven is een natuurlijk proces. Je lichaam en je baby regelen dit samen. Van de eerste gele druppels tot rijpe moedermelk: je lichaam weet wat je baby nodig heeft. Zo verloopt het proces van de borstvoeding.
Je lichaam begint al vroeg in de zwangerschap met de voorbereiding op de borstvoeding. Je borsten worden groter, doordat er meer bloed en vocht naartoe gaat. In je borsten groeien melkkliertjes, die de melk gaan aanmaken. En melkkanalen, waardoor de melk naar de tepel kan stromen. Je tepels worden donkerder, zodat je baby ze straks beter kan zien. Vanaf week 24 maakt je lichaam al de eerste melk aan. Soms komen er in de laatste maanden wat druppels uit je tepels.
Als je baby na de geboorte bloot op jouw blote borst ligt, gaat die uit zichzelf op zoek naar je tepel. Dit gebeurt met hulp van de zintuigen: je baby gaat op de geur en de donkere kleur van je tepel af. Daarbij zet die zich af met de voetjes, hapt aan en gaat zuigen en slikken. Dit gebeurt vanzelf: het zijn reflexen waarmee een baby wordt geboren. Het kruipen naar de borst voor een voeding noem je ook wel de breast crawl (breast = borst, crawl = kruipen).
Als je baby aan je tepel zuigt, stroomt er melk naartoe. De eerste melk die je baby uit je borsten drinkt, heet colostrum. Dit is een dikke, gele melk, die ook wel vloeibaar goud wordt genoemd. Er zitten heel veel voedingsstoffen in. Daardoor hoeft je baby er maar kleine beetjes van te drinken. De eerste dagen drinkt een baby weinig, omdat de maag eerst nog erg klein is. In colostrum zitten ook veel antistoffen, die je baby beschermen tegen ziektes. En colostrum werkt laxerend: het helpt je baby met poepen.
In de eerste twee weken na de geboorte gaat het colostrum langzaam over in rijpe moedermelk. In deze melk zitten in verhouding meer vetten en voedingsstoffen om te groeien, en minder antistoffen. Doordat je baby ook meer gaat drinken, krijgt die met deze melk nog steeds veel bescherming tegen ziektes en infecties. De samenstelling van de moedermelk wordt steeds vanzelf aangepast aan wat je baby nodig heeft. Dit blijft zo in de hele periode dat je borstvoeding geeft.
Vanaf ongeveer 48 uur na de geboorte begint de borstvoeding goed op gang te komen. Je borsten kunnen voller, warm en gevoelig zijn. Tussen dag twee en zes kunnen je borsten ook hard en pijnlijk aanvoelen. Dit heet stuwing. Het komt doordat er meer bloed en vocht naar je borsten stroomt en het betekent dat er meer melk wordt aangemaakt. Stuwing is normaal en duurt meestal één à twee dagen.
Tips bij stuwing:
Wanneer je baby aan je tepel zuigt, komt er oxytocine vrij. Dit hormoon zorgt dat de melk naar je tepel stroomt. Dit heet de toeschietreflex. Het kan warm en tintelend voelen in je borst. Als je baby heeft gedronken, blijven de kliertjes in je borsten nieuwe melk maken. Hoe vaker je baby drinkt, hoe meer melk je maakt. Zo raken vraag en aanbod op elkaar afgestemd. Je lichaam maakt de hoeveelheid melk die je baby nodig heeft.
Borstvoeding geven is het gezondst voor moeder en kind en heeft nog meer voordelen.
Nog een voordeel van moedermelk, voor moeder én kind: het is beter voor het milieu dan flesvoeding. De melkpoeder wordt gemaakt van koeienmelk. De zuivelindustrie, maar ook de verpakking en het vervoer van flesvoeding, is niet goed voor het milieu.
Voeden op verzoek is het uitgangspunt bij het geven van borstvoeding. Het betekent dat je je baby aan de borst legt wanneer die honger heeft. En dat je baby drinkt zolang die wil. In de eerste dagen na de geboorte leg je je baby erg vaak aan, omdat die nog maar kleine beetjes drinkt per keer. Je baby krijgt dus ook snel weer honger. Het regelmatig aanleggen helpt voor de aanmaak van meer moedermelk. Zo raken vraag en aanbod op elkaar afgestemd.
Soms raden de verloskundige en de kraamverzorgende aan om een baby de eerste dagen in elk geval elke drie uur te voeden. Dit is om te voorkomen dat een baby te veel gewicht verliest en om de bloedsuikerspiegel stabiel te houden. Zodra je baby aankomt in gewicht, hoef je sowieso niet meer op tijden te letten, maar alleen op de hongersignalen van je baby.
Aan deze signalen kan je merken dat je baby honger heeft en aan de borst wil:
Huilen is een laat hongersignaal. Je baby heeft dan al een tijdje honger. Probeer je baby te voeden zodra je de eerste signalen ziet. Als je wacht tot je baby huilt van de honger, kan het aanleggen moeilijker gaan.
Je kan niet zien hoeveel melk je baby uit de borst drinkt, maar dit zijn tekenen dat je baby goed drinkt:
Moeder en kind weten van nature hoe borstvoeding werkt. Wel kan het in het begin even zoeken zijn hoe je het het beste kan doen. Je verloskundige of kraamverzorgende kan meekijken en tips geven.
Eigenlijk heb je niks nodig om borstvoeding te kunnen geven. Je hoeft er dus geen speciale spullen voor te kopen. Veel moeders vinden het wel handig om dit in huis te hebben:
Een kolf, fles en bewaarzakjes voor moedermelk hoef je niet van tevoren te kopen. Dit kan je doen als de borstvoeding goed op gang is en je weet waarvoor je de kolf wilt gebruiken. Bijvoorbeeld wanneer je weer aan het werk gaat. Je weet dan ook beter wat voor kolf je het beste kan kopen. Er zijn namelijk verschillende soorten en maten te koop.
Mocht je in de eerste weken na je bevalling een kolf nodig hebben voor het op gang brengen van de borstvoeding, dan kan je een professionele borstkolf huren. Die zijn vaak krachtiger en bootsen het drinken door een baby goed na.
Je leefstijl heeft invloed op de moedermelk. Daarom is belangrijk om gezond en gevarieerd te eten, genoeg te drinken (ongeveer 2 liter per dag) en genoeg uit te rusten. Heb je dorst of is het warm weer, drink dan extra. Hou er ook rekening mee dat deze stoffen via de moedermelk bij je baby terechtkomen:
Borstvoeding geven is iets natuurlijks en gaat in de meeste gevallen vanzelf. Je lichaam en de baby bereiden zich er tijdens de zwangerschap al op voor. Het kan helpen om ook alvast wat kennis op te doen over borstvoeding, zodat je weet wat je ongeveer kan verwachten. Je kan bijvoorbeeld een boek over borstvoeding lezen, een podcast luisteren, filmpjes kijken of naar een informatiebijeenkomst gaan. Die worden vaak gratis of voor een kleine bijdrage aangeboden bij verloskundigenpraktijken en kraamzorgorganisaties. Ken je moeders die borstvoeding geven? Misschien mag je een keer meekijken hoe zij dit doen.
Borstvoeding.nl is de website van borstvoedingsorganisatie La Leche League (LLL). Je vindt er veel informatie, ze organiseren bijeenkomsten en hebben een telefonische hulpdienst. Voor betrouwbare informatie kan je ook terecht op Voedingscentrum.nl, Thuisarts.nl en bij het consultatiebureau. En natuurlijk kan je je verloskundige ernaar vragen.
Je partner kan veel doen om te helpen als je borstvoeding geeft, bijvoorbeeld:
Je verloskundige is je eerste aanspreekpunt bij vragen over de borstvoeding. Deze geeft hier voorlichting over tijdens de zwangerschap, begeleidt de borstvoeding tijdens de eerste dagen na de bevalling en controleert of je baby goed groeit.
Als er een probleem met de borstvoeding ontstaat, kan de verloskundige meestal advies geven. Of ze kan je doorverwijzen naar de juiste hulp, zoals een lactatiekundige. Dit is een specialist in borstvoeding. Deze kan bijvoorbeeld helpen bij problemen met aanleggen of advies geven over voeden als je een borstontsteking hebt. Ook geeft een lactatiekundige begeleiding bij het kolven.
Borstvoedingsorganisatie La Leche League. (z.d.). Borstvoedingsorganisatie La Leche League. https://www.borstvoeding.nl
La Leche League Nederland. (2021). Borstvoeding: Handleiding voor de zorgverlener (3e dr.).
Voedingscentrum. (z.d.). Zoekresultaten voor "Borstvoeding". https://www.voedingscentrum.nl/nl/zoek.aspx?query=Borstvoeding
verloskundige kennis en expertise.