Vanaf 22 weken zwangerschap kan je twee vaccinaties halen: tegen kinkhoest en tegen griep. Deze vaccinaties zijn gratis en je kan hiervoor een afspraak maken bij het consultatiebureau. Beide vaccins krijg je met een prik in de spier van je bovenarm. Het inenten tegen kinkhoest en griep is niet verplicht, je kiest zelf of je dit wilt. Hier vind je informatie over beide prikken én reisvaccinaties tijdens de zwangerschap.
Kinkhoest is een besmettelijke ziekte, die wordt veroorzaakt door een bacterie. De bacterie wordt door hoesten en niezen overgedragen. Iedereen kan meerdere keren kinkhoest krijgen. Kinkhoest begint meestal met een (neus)verkoudheid. Daarna krijg je heftige hoestbuien, die ervoor zorgen dat je moeilijker kan ademhalen. Kinkhoest wordt ook wel de honderd-dagen-hoest genoemd.
Als je tijdens de zwangerschap kinkhoest krijgt, heeft dat geen gevolgen voor de ontwikkeling van je ongeboren baby. De hoestbuien kunnen wel heftig zijn voor jou. De huisarts kan je dan antibiotica voorschrijven.
Ben je nog besmettelijk rondom de geboorte, dan is er een verhoogde kans dat je baby kinkhoest krijgt. Je baby kan ook besmet raken door iemand anders met kinkhoest. Baby’s met kinkhoest kunnen het erg benauwd krijgen en moeite hebben met ademen. Er worden ieder jaar ongeveer 170 baby's met kinkhoest opgenomen in het ziekenhuis. Heel soms overlijdt een baby aan kinkhoest. Dit gebeurt bij 1 à 2 baby's van de ongeveer 170.000 baby's die per jaar worden geboren.
Als je je tijdens de zwangerschap laat inenten tegen kinkhoest, maakt je lichaam antistoffen aan tegen de kinkhoestbacterie. Je baby krijgt deze antistoffen ook, via de placenta en de navelstreng. Daardoor is je baby na de geboorte beter beschermd tegen ernstig ziek worden door kinkhoest dan wanneer je de kinkhoestprik niet hebt gehad. Deze prik beschermt een baby tot drie maanden na de geboorte.
Vanaf 22 weken zwangerschap kan je je laten vaccineren tegen kinkhoest. Het heet daarom ook wel de 22-wekenprik. Je kan de prik ook later in de zwangerschap krijgen. Wel heeft je lichaam tijd nodig om antistoffen aan te maken en aan je baby door te geven. Meestal is een baby voldoende beschermd als de moeder de prik minimaal twee weken voor de geboorte krijgt. Maar ook vlak voor de bevalling kan de vaccinatie nog voor extra bescherming zorgen.
Er zijn geen medische redenen waarbij de kinkhoestprik wordt afgeraden. Iedere zwangere die deze vaccinatie wil, kan ervoor kiezen.
Je krijgt een DKT-prik: een vaccin tegen difterie, kinkhoest en tetanus. Dit is een herhaalprik (booster), omdat de meeste zwangeren al eens gevaccineerd zijn of ooit kinkhoest hebben gehad. Een herhaalprik bevat minder werkzame stoffen dan een vaccin voor kinderen die nog niet eerder zijn gevaccineerd.
Er is veel onderzoek gedaan naar de veiligheid en de bijwerkingen van de kinkhoestprik tijdens de zwangerschap. Daaruit blijkt dat het vaccin veilig is, zowel op de korte termijn als de lange termijn. Op de website van de overheid vind je meer informatie over de onderzoeken.
De kinkhoestprik kan bijwerkingen geven. Je kan spierpijn, hoofdpijn, moeheid en klachten op de plek van de prik krijgen. Deze bijwerkingen verdwijnen binnen een paar dagen. Heel soms krijgt iemand koorts na de kinkhoestprik.
Als je de kinkhoestprik op tijd hebt gehad, kan je met je baby het standaard vaccinatieschema volgen. Je baby krijgt dan zelf met drie maanden oud de eerste kinkhoestprik. Heb je geen 22-wekenprik gehad, dan kan je baby met twee maanden een extra kinkhoestprik krijgen. Daarna kan je vanaf drie maanden het standaard schema volgen. Je baby heeft dus één prik minder nodig als jij de kinkhoestprik hebt gehad.
Ben je eerder zwanger geweest en heb je toen de kinkhoestprik gehad? Dan is het advies om deze prik opnieuw te halen. De antistoffen die je door de kinkhoestprik opbouwt, verdwijnen na een tijd weer. Daardoor neemt de bescherming van de prik af.
Griep is een besmettelijke ziekte, die wordt veroorzaakt door een virus. Het virus wordt overgedragen via druppeltjes speeksel, slijm en snot. Het wordt verspreid door hoesten en niezen en via de adem en de handen van iemand die griep heeft. Als je griep hebt, krijg je meestal koorts, hoofdpijn en spierpijn en voel je je ziek. Ook hoesten, keelpijn en kortademigheid kunnen erbij horen. De griepperiode in Nederland is meestal van oktober tot april.
Zwangeren die griep krijgen, hebben meer kans om daar ernstig ziek van te worden dan leeftijdsgenoten die niet zwanger zijn. Elk jaar worden ongeveer 45 zwangeren in het ziekenhuis opgenomen vanwege griepklachten. Er is geen grotere kans dat je door griep op de intensive care terechtkomt, of eraan overlijdt. Het verloop van de zwangerschap verandert meestal niet door griep.
Pasgeboren baby's hebben ook meer kans om ernstig ziek te worden van griep. Elk jaar worden ongeveer 300 baby's tot 6 maanden oud opgenomen in het ziekenhuis omdat ze griep hebben. Ongeveer 15 hiervan worden opgenomen op de intensive care.
Als je tijdens de zwangerschap de griepprik krijgt, maakt je lichaam antistoffen aan tegen het griepvirus. Je baby krijgt deze antistoffen ook, via de placenta en de navelstreng. Daardoor is je baby in het griepseizoen beschermd tegen ernstige griepklachten. Baby’s kunnen zelf niet gevaccineerd worden tegen griep.
De griepprik wordt aangeboden tussen 15 oktober en 1 maart. Als je in die periode 22 weken of langer zwanger bent, kan je de griepprik halen. Daarvoor meld je je aan bij het consultatiebureau. Je kan de kinkhoestprik en de griepprik tijdens dezelfde afspraak krijgen, maar niet in één prik. Je krijgt dan in elke arm een prik. De griepprik wordt alleen afgeraden als je een ernstige allergie hebt voor een van de bestanddelen van het vaccin.
Krijg je elk jaar een uitnodiging voor de griepprik via de huisarts? Dan krijg je die ook als je zwanger bent. Je kan je dan ook laten vaccineren als je nog geen 22 weken zwanger bent. De antistoffen geven naar verwachting nog zes maanden na de prik bescherming.
De griepprik is veilig voor zwangeren en voor baby's. Bijwerkingen die je kan merken zijn pijn op de prikplek, hoofdpijn en hangerigheid. Dit verdwijnt binnen een paar dagen. Heel soms krijgt iemand koorts na de griepprik.
Als je zwanger bent heb je door de griepprik 50% minder kans om griep te krijgen. Krijg je toch griep, dan heb je minder klachten van de griep dan zwangeren die de griepprik niet hebben gehad. Een baby heeft tot 6 maanden na de geboorte een kleinere kans om griep te krijgen als de moeder de griepprik heeft gehad tijdens de zwangerschap. Ook heeft de baby tot 6 maanden 70% minder kans om door griep in het ziekenhuis te worden opgenomen.
Ben je zwanger of heb je een kinderwens en ga je op reis naar een gebied waarvoor reis vaccinaties worden geadviseerd? Dan kan je met je huisarts bespreken of deze vaccinaties ook veilig en effectief zijn tijdens de zwangerschap. Je kan dit ook overleggen bij het reizigersspreekuur van de GGD.
Zijn de reisvaccinaties niet veilig en/of niet effectief als je zwanger bent? Dan kan je overwegen om de reis niet te maken. Ben je nog niet zwanger, dan kan je wachten met proberen zwanger te worden tot na de reis.
Moeders voor Morgen is het kenniscentrum voor het gebruik van geneesmiddelen als je een kinderwens hebt, zwanger bent of borstvoeding geeft. Je kan in hun kennisbank informatie over medicijnen opzoeken. Ook kan je aan deze kennis bijdragen, door online vragenlijsten in te vullen. De kennisbank vind je op www.moedervanmorgen.nl/overons.