De navelstreng is de verbinding tussen de baby en de placenta (moederkoek). Er stroomt bloed doorheen: van de placenta naar de baby en andersom. In de placenta worden voedingsstoffen en zuurstof uit het bloed van de moeder doorgegeven aan het bloed van de baby. Dit stroomt door de navelstreng naar de baby toe. De afvalstoffen uit het lichaam van de baby gaan via de navelstreng en de placenta naar het bloed van de moeder, zodat die ze kan afvoeren.
Bij een halve lotusbevalling wacht je met het doorknippen van de navelstreng tot na de geboorte van de placenta. Een hele lotusbevalling betekent dat je de navelstreng helemaal niet doorknipt. Uiteindelijk laat de navelstreng vanzelf los bij de buik (navel) van de baby. Tot dit gebeurt blijft de placenta dus verbonden met de baby. De placenta ligt bijvoorbeeld in een mandje, dat je met je baby meedraagt. Het kan tot tien dagen duren tot de navelstreng loslaat, maar meestal gebeurt het wat eerder.
Prins, M., Van Roosmalen, J., Scherjon, S., & Smit, Y. (z.d.). Praktische Verloskunde. Bohn Stafleu van Loghum.
verloskundige kennis en expertise.