Bij de controles bij je verloskundige is het gebruikelijk dat deze je bloeddruk meet. Soms kan de bloeddruk tijdens de zwangerschap te hoog worden. Dan kan behandeling nodig zijn. Het medische woord voor een te hoge bloeddruk is: hypertensie. Krijg je na 20 weken zwangerschap een te hoge bloeddruk, dan heet dit: zwangerschapshypertensie. Ongeveer 1 op de 10 zwangeren krijgt hiermee te maken tijdens de eerste zwangerschap.
Een te hoge bloeddruk kan een teken zijn dat er misschien zwangerschapsvergiftiging (pre-eclampsie) ontstaat. Dit kan schadelijk zijn voor de gezondheid van de moeder en de baby. In dit artikel lees je meer over een hoge bloeddruk tijdens de zwangerschap.
De bloeddruk is de kracht waarmee je hart bloed door je slagaders pompt. Zo gaat het bloed naar je organen en je spieren. Die hebben het zuurstof in je bloed nodig om gezond te kunnen werken. Je bloeddruk verandert de hele dag door. Hij is bijvoorbeeld wat hoger als je je inspant en lager als je rustig zit. De bloeddruk heeft een bovendruk en een onderdruk:
De bloeddrukmeter laat de bloeddruk zien in mmHg. Een normale bloeddruk is rond de 120/80 mmHg. Een hoge bloeddruk is boven 140/90 mmHg.
De verloskundige let goed op je bloeddruk. Als je bloeddruk tijdens de zwangerschap onder de 140/90 mmHg is, kunnen er soms toch al extra controles nodig zijn. Vooral als je bloeddruk duidelijk is gestegen vergeleken met eerdere metingen. De verloskundige kan ook vragen of je lichamelijke klachten hebt, om te bepalen of er extra controles nodig zijn.
Tijdens de zwangerschap verandert je bloeddruk. Rond 20 weken daalt de bloeddruk meestal tijdelijk. Dat komt doordat je bloedvaten wijder worden door het hormoon progesteron. Ook krijg je meer bloed in je lichaam als je zwanger bent. Dat heeft invloed op de druk in je bloedvaten. Later in de zwangerschap stijgt de bloeddruk weer naar de waarde die je aan het begin had.
Als je na 20 weken een te hoge bloeddruk krijgt, heet dit zwangerschapshypertensie. Je hebt zwangerschapshypertensie als je twee keer een onderdruk boven 90 mmHg en/of een bovendruk boven 140 mmHg hebt. Er moet minimaal vier uur tussen de metingen zitten. De verloskundige let op de onderdruk en de bovendruk. Bij beide kunnen te hoge waardes wijzen op een verhoogd risico op gezondheidsproblemen, zoals pre-eclampsie (zwangerschapsvergiftiging).
Als je een keer een verhoogde bloeddruk hebt en geen andere klachten, is dat meestal geen probleem. Dat kan komen door inspanning, zoals traplopen. Zwangerschapshypertensie komt tijdens de eerste zwangerschap iets vaker voor dan bij volgende zwangerschappen.
Vaak merk je niet dat je bloeddruk te hoog is. Soms kan je deze symptomen merken:
Heb je deze klachten? Bel dan direct je verloskundige. Dit kan wijzen op pre-eclampsie (zwangerschapsvergiftiging). Dat kan gevaarlijk zijn voor jou en de baby.
Om zeker te weten of je zwangerschapshypertensie hebt, verwijst de verloskundige je door naar het ziekenhuis. Daar krijg je extra controles, zoals:
Het is niet precies bekend waardoor iemand zwangerschapshypertensie krijgt, maar dit kan meespelen:
Sommige zwangeren hebben een verhoogd risico op zwangerschapshypertensie. Dit zijn bijvoorbeeld zwangeren met:
Het is belangrijk dat je regelmatig naar de verloskundige gaat voor controles, zodat die een hoge bloeddruk vroeg kan ontdekken en behandelen. Je kan een hoge bloeddruk tijdens de zwangerschap niet voorkomen. Een gezonde leefstijl helpt wel voor een gezonde bloeddruk. Bijvoorbeeld: genoeg rusten, zo weinig mogelijk stress, gezond eten en regelmatig bewegen.
Zwangerschapshypertensie kan schadelijk zijn voor de moeder en de baby. Bij de moeder kan een hoge bloeddruk deze gevolgen hebben:
Dit kan een hoge bloeddruk bij de moeder betekenen voor de baby:
Pre-eclampsie is het medische woord voor zwangerschapsvergiftiging. Dit is een ernstige aandoening, die na de 20e zwangerschapsweek kan ontstaan. De kenmerken zijn:
Pre-eclampsie kan erg gevaarlijk zijn voor jou en je baby. Daarom is het belangrijk dat artsen je goed in de gaten houden als je dit hebt. Heb je klachten als hoofdpijn, wazig zien, pijn in je bovenbuik of plotselinge zwelling (vochtophoping), bel dan meteen je verloskundige of arts.
De precieze oorzaak is niet bekend, maar pre-eclampsie lijkt te komen door problemen met de placenta. Als die slecht werkt, kunnen er schadelijke stoffen in het bloed van de moeder komen. Dit beschadigt de bloedvaten en verhoogt de bloeddruk. Daardoor kunnen er eiwitten in de urine komen. Zwanger zijn van een meerling (twee of meer baby’s) verhoogt het risico op pre-eclampsie.
Bij deze klachten is het belangrijk om direct contact op te nemen met je verloskundige of gynaecoloog.
Als je pre-eclampsie hebt, word je opgenomen in het ziekenhuis. Daar kunnen artsen jou en de baby goed in de gaten houden en medicijnen geven als het nodig is. Gaat het niet goed met jou of de baby, dan kan het nodig zijn om de bevalling in te leiden. Is dit voor 37 weken zwangerschap, dan wordt je baby te vroeg geboren. De geboorte van de baby is de enige echte oplossing om pre-eclampsie te stoppen, omdat de placenta dan ook uit je lichaam gaat.
Pre-eclampsie is het medische woord voor zwangerschapsvergiftiging. Als je ernstige pre-eclampsie hebt, kan je aanvallen van spierkrampen (stuipen) krijgen. Dit heet eclampsie. De krampen duren ongeveer een minuut en kunnen in je hele lichaam voorkomen. Je hebt hier geen controle over. Eclampsie kan voor ernstige gezondheidsproblemen zorgen, zoals een hersenbloeding, slecht werkende nieren of een hartstilstand.
Het HELLP-syndroom is een ernstige vorm van pre-eclampsie (zwangerschapsvergiftiging). De kenmerken zijn:
HELLP komt erg weinig voor: bij ongeveer 5 op de 1000 vrouwen. Hoe HELLP ontstaat is niet precies bekend. HELLP kan ook plotseling ontstaan, zonder dat je pre-eclampsie hebt. Het kan voorkomen tijdens de zwangerschap, maar ook nog tot 72 uur na de bevalling.
Als je bloeddruk te hoog is, zal de verloskundige je bloeddruk en je urine vaker controleren. Blijft de bloeddruk hoog of zitten er eiwitten in je urine, dan verwijst de verloskundige je naar een gynaecoloog in het ziekenhuis.
Bij zwangerschapshypertensie neemt de gynaecoloog de zorg over. Je krijgt regelmatig controles om je bloeddruk, de werking van je nieren en de gezondheid van je baby in de gaten te houden. De behandeling kan bestaan uit:
Als jouw gezondheid en/of die van je baby in gevaar komt, kan het nodig zijn om eerder te bevallen. De bevalling wordt dan ingeleid met medicijnen of de baby wordt geboren met een keizersnede. Het hangt van jouw conditie en die van de baby af wat het veiligst is. Eerder bevallen kan nodig zijn als:
Meestal wordt de bloeddruk na de bevalling weer normaal. Als dit niet gebeurt, kan het nodig zijn om langer in het ziekenhuis te blijven.
Hoelang het herstel van je lichaam duurt, is erg verschillend. Het kan een paar dagen duren, maar ook maanden. Dat hangt ervan af hoe ernstig de hoge bloeddruk was (pre-eclampsie, eclampsie of HELLP).
Het kan ook wat tijd kosten om emotioneel te verwerken wat je hebt meegemaakt. Bijvoorbeeld als je je veel zorgen hebt gemaakt over jouw gezondheid en die van je baby. Of omdat je ineens in het ziekenhuis moest blijven. Dat heeft veel invloed op de zwangerschap en de kraamtijd. Het helpt om te praten over wat je hebt meegemaakt. Met je partner, familie en vrienden, maar je kan ook met je verloskundige praten. Via de HELLP Stichting kan je in contact komen met andere moeders die pre-eclampsie en/of HELLP hebben gehad. Het kan fijn zijn om steun te krijgen van iemand die weet hoe het is.
Je bloeddruk wordt opnieuw gemeten bij de nacontrole, zes weken na de bevalling. Na HELLP worden soms ook je bloedplaatjes en de werking van je lever gecontroleerd. Is je bloeddruk weer normaal, dan is verdere controle niet nodig. Blijft de bloeddruk hoog, dan krijg je na zes maanden opnieuw een meting bij de gynaecoloog of internist (arts).
Als je pre-eclampsie, eclampsie of HELLP hebt gehad, heb je een verhoogd risico op hart- en vaatziekten. Daarom is het advies om elke twee tot vijf jaar je bloeddruk bij de huisarts te laten controleren.
Als je opnieuw zwanger wordt, is er een kans dat je weer een hoge bloeddruk krijgt. Is je bloeddruk aan het begin van de zwangerschap verhoogd, dan verwijst de verloskundige je door naar de gynaecoloog. Die beoordeelt of je medicijnen nodig hebt om je bloeddruk te verlagen.
Als je verloskundige je vanwege een hoge bloeddruk doorverwijst naar het ziekenhuis, krijg je daar verder onderzoek. Blijkt hieruit dat je zwangerschapshypertensie hebt, dan blijf je onder zorg in het ziekenhuis. Tijdens het kraambed kan de verloskundigenpraktijk de begeleiding weer overnemen. Ook kan de verloskundige emotionele ondersteuning bieden, als je daar behoefte aan hebt.
Hartstichting. (2025, 28 april). Hoge bloeddruk.
https://www.hartstichting.nl/oorzaken/bloeddruk/hoge-bloeddruk
Ik ben zwanger en mijn bloeddruk is te hoog | Thuisarts.nl. (2023, 6 juli).
https://www.thuisarts.nl/zwanger-en-hoge-bloeddruk/ik-ben-zwanger-en-mijn-bloeddruk-is-te-hoog
Van Der Heijden, O. W. H., Dr. & Anke Schrage. (2019). Factsheet Pre-eclampsie voor in de spreekkamer. In Nederlands Tijdschrift Voor Obstetrie en Gynaecologie.
https://www.nvog.nl/wp-content/uploads/2019/06/Factsheet-Pre-eclampsie.pdf
Hellp Stichting. (2025, 17 januari). HELLP Stichting Home - HELLP Stichting. Hellp Stichting - de Officiële Patiëntenorganisatie op het Gebied van Zwangerschapsvergiftiging / (Pre-)Eclampsie en HELLP-syndroom.
https://www.hellp.nl/