De kraamtijd is de eerste periode na de bevalling. Iedereen vult deze anders in, dus doe wat past bij jou. Het is van tevoren niet goed te voorspellen hoe je je zult voelen. Tijdens je zwangerschap kan je alvast nadenken over wie je zou kunnen helpen met koken, het huishouden en andere taken. Dit kan je ook opschrijven in een kraamplan. Zo kan jij je aandacht tijdens de kraamtijd zoveel mogelijk richten op jezelf en je baby.
De kraamtijd begint na de geboorte van je baby. De meningen zijn verdeeld over de vraag hoelang de kraamtijd duurt. In Nederland bedoelen we met de kraamtijd meestal de kraamweek. Dat zijn de eerste vijf tot tien dagen na de geboorte. Deze dagen heb je kraamzorg aan huis.
Er zijn ook mensen die met de kraamtijd de eerste veertig dagen na de bevalling bedoelen. Dat is ongeveer de tijd die je baarmoeder nodig heeft om te krimpen na een zwangerschap.
Zes weken na de bevalling kan je naar de nacontrole bij je verloskundige gaan. Dan kijken jullie terug op de geboorte van je baby en de eerste weken daarna. Dit kan een mooi moment zijn om de zwangerschap en de kraamperiode af te ronden.
Voor iedereen is de kraamtijd anders. Sommige mensen willen veel kraamvisite, anderen krijgen de eerste dagen liever geen bezoek. Dat kan fijn zijn voor de rust van je baby, jezelf en de andere gezinsleden. Kraambezoek van familie en vrienden mag, maar hoeft niet. Doe wat goed voelt. Heb je graag wat mensen om je heen? Prima! Heb je liever wat minder bezoek? Ook goed. Ze kunnen best even wachten en later langskomen. Vind je het moeilijk om iemand teleur te stellen? Vraag dan of je partner of de kraamverzorgende hierbij kan helpen.
Als het je eerste kind is, moet je wennen aan het ouderschap en je nieuwe verantwoordelijkheden. Als je al kinderen hebt, kan het in het begin wennen zijn om je aandacht te verdelen. Je kan je blij, verliefd en trots voelen, maar soms ook onzeker of verdrietig. Allerlei gevoelens kunnen elkaar afwisselen. Dat is normaal. Je leven is veranderd en vaak slaap je minder dan je gewend was. Gun jezelf en je partner tijd om hieraan te wennen. Vraag de mensen om je heen om begrip en hulp en probeer wat bij te slapen op momenten dat dit kan. Ben je erg verdrietig? Of duurt je sombere stemming erg lang? Bespreek het met je verloskundige. Zij kan je helpen duidelijk te krijgen waar dit door komt, en of je hier extra ondersteuning bij wilt.
Om je voor te bereiden op de kraamtijd, kan je een checklist maken met dingen die handig zijn om in huis te hebben. Zoek ook alvast uit bij wie je terecht kan als je hulp nodig hebt. Wie zou je kunnen helpen met koken en huishoudelijke taken? Welke hulp lijkt je nog meer handig of fijn?
Naast een geboorteplan, kan je ook een kraamplan maken: je schrijft op wat je graag wilt in de kraamtijd. Wat lijkt je goed voor jou en je baby? Denk bijvoorbeeld na over kraambezoek: vanaf wanneer wil je dit? Wie mogen er eerst komen en wie liever wat later? Wie mogen je baby vasthouden, wie liever niet? Wie uit je omgeving kunnen je helpen en waarmee?
Je maakt dit plan voor jezelf. Zo krijg je op een rijtje wat je fijn en handig lijkt en wat je alvast kan regelen. Misschien wil je familie en vrienden ook al vertellen hoe je de kraamvisite voor je ziet. En welke hulp je fijn lijkt. Dat kan duidelijkheid geven voor iedereen.
De kraamtijd is bedoeld als periode waarin jij, je baby en de rest van je gezin rustig kunnen wennen aan het nieuwe leven. Voor je baby is alles nieuw. De overgang van jouw warme, rustige buik naar de buitenwereld kan groot zijn. Ook is er veel veranderd voor jou, je partner en eventueel andere kinderen. Gebruik de kraamtijd om elkaar (opnieuw) te leren kennen.
In de kraamtijd is rust nemen belangrijk voor jouw herstel en voor je baby. Blijf bijvoorbeeld de eerste week veel ín je bed, de tweede week óp je bed (of bank) en de derde week rónd je bed (of huis). Probeer weinig te doen en verwacht niet te veel van jezelf. De kraamtijd is bedoeld om je baby te leren kennen en te wennen aan het ouderschap. Dat kost veel energie. Rust nemen helpt daarbij.
Wees tijdens de kraamtijd lief voor jezelf en zorg voor jezelf. Kijk hoe je het beste kan ontspannen. Denk aan extra rustmomenten, zodat je kan slapen, een massage kan krijgen, een vriendin kan bellen of uitgebreid kan douchen. Heb je zin om wat te bewegen, dan kan je bijvoorbeeld een korte wandeling maken. Probeer goed te voelen wat je lichaam aankan. Krijg je ergens pijn of voel je je erg moe? Doe het dan wat rustiger aan.
Veel nieuwe ouders zitten niet (aldoor) op een roze wolk. Het is normaal wanneer je niet direct smoorverliefd bent op je baby. Of dat je niet alles leuk vindt. Blijf je op een nare manier terugdenken aan de bevalling? Of heb je veel last van angstige of sombere gedachten? Weet dan dat je er niet alleen voor hoeft te staan. Vertel je verloskundige of kraamverzorgende hoe je je voelt. Zij helpen je verder.
Kraambezoek is anders dan gewone visite. De hele situatie is nieuw, met je pasgeboren baby erbij. Je beslist zelf hoe je hiermee omgaat. Je kan telkens kijken of je zin en energie hebt om mensen te zien. De één wil je misschien wel aan je bed, de ander niet. Je hoeft geen gastvrouw te zijn. In plaats daarvan kan je je bezoek vragen om iets voor jou te doen. De afwas, bijvoorbeeld. Of vraag ze een boodschap te halen of iets leuks te gaan doen met je oudere kinderen. Dat kan ook samengaan met even bij de baby kijken.
In de kraamtijd zijn de verloskundige, de kraamverzorgende, de huisarts en het consultatiebureau er om vragen over je baby en jezelf te beantwoorden:
De eerste tien dagen na de bevalling is je verloskundige eerste aanspreekpunt bij vragen over de gezondheid van je baby. Ze komt een aantal keer bij je thuis om te kijken hoe het met je baby gaat en je kan haar bellen met vragen. Na tien dagen nemen de huisarts en het consultatiebureau de medische zorg over. In de kraamweek doet de kraamverzorgende elke dag kraamcontroles en deze helpt je met de verzorging van je baby. Ook dan kan je je vragen stellen.
De eerste zes weken na de bevalling kan je je verloskundige bellen als je vragen hebt over jouw eigen lichamelijke en mentale gezondheid. Bijvoorbeeld over je herstel en de borstvoeding, maar ook over het moederschap. Na zes weken ga je nog een keer op nacontrole bij je verloskundige. Daarna draagt deze de zorg over aan de huisarts en het consultatiebureau.
verloskundige kennis, ervaring en expertise.