Week 12

Het hartje klopt op dit moment razendsnel, waarschijnlijk nog meer dan 160 slagen per minuut. Wat later in de zwangerschap neemt de snelheid van de hartslag iets af tot ongeveer tussen de 110 en de 160 slagen per minuut.

Ondertussen wordt je baby steeds meer een klein mensje met zelfs al menselijke trekjes. Zo is de kans groot dat je kind nu al heerlijk op zijn of haar duimpje ligt te zuigen en kan hij of zij met de handjes grijpen. Af en toe pakt je kind bijvoorbeeld de navelstreng beet. Dat kan geen kwaad, want deze wordt goed beschermd door een geleiachtige laag.

Nog zo’n menselijk trekje: je kind rekt zich af en toe flink uit en zal daarbij ongegeneerd gapen. Jammer dat je dát niet kunt zien.

Door lichamelijke ongemakken en een veranderde hormoonhuishouding kun je nu heel anders reageren dan je normaal deed. Misschien barst je zomaar in snikken uit om onbenulligheden of word je snel boos. Je seksleven kan op een laag pitje staan. Troost je: in de vierde maand trekt je seksleven vast weer bij. Dan krijgen veel vrouwen juist weer zin om te vrijen.

De verloskundige begeleidt je zwangerschap als deze zonder complicaties verloopt. Is er wel kans op complicaties, dan adviseert je verloskundige om naar de gynaecoloog te gaan. Soms is dat al in het begin van de zwangerschap bekend, bijvoorbeeld omdat je suikerziekte hebt. Maar het kan ook best zijn dat je verloskundige later in je zwangerschap adviseert om naar de gynaecoloog te gaan. De gynaecoloog bekijkt samen met jou of je daar onder behandeling blijft of later weer terug kan naar de verloskundige. Als er de vorige bevalling sprake was van een keizersnee, ga je vanaf week 36 naar de gynaecoloog.

Rond deze tijd krijg je standaard een termijnecho aangeboden. Er wordt dan gekeken hoeveel weken je precies zwanger bent. De beste periode om een termijnecho te maken is tussen de 10 en 13 weken. In deze periode groeit elk vruchtje ongeveer gelijk, zodat met grote nauwkeurigheid de zwangerschapsduur kan worden vastgesteld. Zekerheid over de duur van de zwangerschap is belangrijk voor het verdere vervolg van de zwangerschap.

Bij een buik-echo (waarbij je buik met de echokop wordt afgetast) moet je eerst veel water drinken. Vocht laat geluidsgolven goed door en je volle blaas duwt je baarmoeder omhoog. Rond de 10-13 weken zit er zoveel vruchtwater om je baby dat het beeld sowieso beter wordt. Water drinken voor een echo is dan soms nog wel nodig, maar na de veertiende week niet meer.